CowesWeek 2004

Cowes Week aan boord van Karel met de Houten Poot
Door Bas van Grieken - geschreven voor de Waterkampioen

Op vrijdag 6 augustus worden de laatste stukjes van de logistieke puzzel gelegd om zaterdag in vol ornaat aan de CowesWeek te kunnen beginnen. Aan het begin van de week is Karel met de Houten Poot (een Simonis-Voogd 45) vanuit IJmuiden naar Engeland vertrokken, hetgeen naast 4 uur zeilen vooral een volle accu en een vermoeide auto-pilot opleverde, door het gebrek aan wind. Donderdag nam een auto de nieuwe aanhanger en wat bemanning en supporters mee en vrijdag volgen twee auto’s met de rest van de bemanning en meer support. Het wordt voor een aantal bemanningsleden een terugkeer naar een favoriet evenement, dat 5 en 7 jaar geleden ook gevaren werd, toen nog op de DeepEnd.

We vertrekken vrijdagochtend bijtijds uit de randstad en toeren vlot naar Frankrijk, ondertussen vanuit de auto de laatste overtochten regelend. Dat blijkt een stuk voordeliger te kunnen dan via internet, als je tenminste door een foutje bij de ferry maatschappij het Dover-Calais-Dover tarief met speciale aanbieding mag betalen voor een tochtje andersom. Het eerste biertje is verdiend door Jean, onze doortastende “Italian Connection”.

Bij aankomst in Cowes kunnen we aanschuiven bij de rest van de bemanning en ondersteunende troepen, die inmiddels aan een riante tafel een plaatselijk restaurant van z’n steaks afhelpen. Natuurlijk moet het begin van deze serie gevierd worden en dus is het nog lang gezellig, al moeten we weer even wennen aan het schuimloze, lauwe bier.

Zaterdag gaat al vroeg de wekker voor diegene die aan boord slapen. Om 7 uur is er gezamenlijk ontbijt afgesproken in het gehuurde huisje, alwaar schipper Chris traditiegetrouw voor iedereen (16 man) eieren bakt. Als we eten in de tuin staat al snel de buurman te tieren bij de schutting, kennelijk zijn er de vorige avond geen vrienden gemaakt, onder het motto “al te gek is buurman boos”. Niemand is zich echter van enig kwaad bewust en als we later in de week de buurman niet meer signaleren, verdenken we hem er van dat hij gewoon een preventief statement voor de hele week heeft willen maken.

Als we op de haven de overtollige spullen van de boot in de trailer gooien is het warm en is er geen zucht wind. Dit is de Cowes Week zoals we hem herinneren van eerdere keren. Dat er begonnen wordt met een onbepaald uitstel verbaast ons dan ook niet en we varen uit om aan een mooring verdere beslissingen af te wachten. Om half een komt er een beetje wind en gooien we los, maar de start volgt uiteindelijk pas om tien voor twee. Dit uitstel geeft mij mooi de kans om me samen met Mark verder te verdiepen in de navigatie PC, die de komende week door mij gebruikt zal worden. Mark doet dit vaker, maar hij is er alleen het eerste weekend bij, dus wordt dit de rest van de week ook mijn domein, naast mijn vertrouwde plek in de vallenbak.

We varen een wedstrijd van 15 mijl, met een mooi windje, waardoor je net niet voelt dat je verbrandt. Helaas zijn we in de onmetelijke wijsheid van het organiserend comité ingedeeld in de IRC-1 klasse, waarin we het onder meer moet opnemen tegen Volvo 60’s, Far 65’s en meer grote jongens. Hoewel we weten dat we met onze zware rating weinig potten kunnen breken en dus niet direct in de bovenste regionen van de uitslagen voor zullen komen, is deze klasse voor ons toch weinig motiverend omdat we gedurende de wedstrijd weinig boten om ons heen hebben, zeker niet bij dit lichte weer. In de aanloop naar de Cowes Week hebben we nog getracht in de IRC-2 klasse te komen door in te schrijven met de meetbrief met kleinere spinnakers en dat leek te gaan lukken. Helaas werd er echter een paar dagen voor het evenement door de organisatie besloten om de indelingsgrens te verschuiven waardoor we nu alsnog in de IRC-1 zitten. Ondanks dat we nu toch met de grote spi’s kunnen varen –hard nodig bij die weinige wind- zullen we toch een beetje voor spek en bonen varen.

Na de wedstrijd halen we het grootzeil eraf om het weg te brengen naar de plaatselijke zeilmaker, nadat we wat plekken hebben ontdekt die verdere aandacht behoeven. Onze aanhang aan de wal heeft gezorgd voor een heerlijke barbecue in de tuin van het huisje, maar de 7 kilo vlees die zij ons voorschotelen is naast de andere lekkernijen iets te veel. Daar hebben we morgen dus ook nog wat aan…

Zondag start met mooi weer, al worden er in de loop van de dag wel wat buitjes verwacht. Het waait 10 tot 15 knopen uit het zuidoosten en nadat het gerepareerde grootzeil weer bevestigd is, varen we uit naar de startlijn, die vandaag op de East Solent zal liggen. Na de start van tien over elf varen we wat rakken verder naar het oosten, onder andere tussen de forten door die ooit de Solent aan de oostkant moesten verdedigen. In het voordewindse rak naar boei 29 zien we voor ons opeens de Swan 65 Spirit of Jethou stil liggen, die blijkt in de ankerketting te hangen van een groot schip. We kunnen er gelukkig nog ruim omheen. Als we om boei 29 gijpen en onder spi parallel aan de wal doorvaren naar boei 70 horen we opeens een hard, aanhoudend gebonk. Grote schrik, ik had toch echt gezien dat het hier diep genoeg was?! Vliegensvlug de spinnaker er af en opgeloefd, waarna het bonken al snel ophoudt. De liftkiel blijkt nog netjes op z’n plaats zitten en later concluderen we dat het waarschijnlijk een vislijn met bolletjes of iets dergelijks is geweest die langs de kiel is getrokken. Als we de spi er weer vlot op willen zetten, draait deze in de knoop en omdat we al in de buurt van de volgende boei komen, wordt hij er snel weer afgehaald. Helaas blijkt hij bij deze actie een scheur op te lopen en dus heeft de zeilmaker vanavond weer werk. Ik kruip weer in de navigatiehoek om het vervolg van de race te bekijken, maar met al deze actie in dit warme weer kan ik vooral ook concluderen dat de airco stuk is… pfioe, wat een hitte! Al snel wordt de lucht grijzer en begint het licht te regenen. In de voordewindse rakken wordt er een broodje verorberd, maar voor de overgebleven pasta salade van de vorige avond vinden we helaas geen tijd. We finishen 9 seconden binnen de tijdslimiet van 1 uur, maar met het grote verschil in rating binnen onze klasse is dat niet raar. We rekenen uit dat als de snelste boot in onze klasse als eerste finisht na 3 uur en drie kwartier of meer, wij al buiten de tijdslimiet komen als we even goed als zij presteren op rating (en dus eigenlijk 2e zouden zijn). Een vreemde zaak, waarover wij opheldering vragen bij het comité, dat er echter weinig mee doet. Het is voor alsnog wel een theoretische kwestie omdat wij niet zo bijster goed varen, maar toch is het een raar verhaal.

We eten thuis de tweede helft van de barbecue van gister en daarna wordt er nog een rondje feesttent gedaan, want dat is immers een belangrijk ingrediënt van de Cowes Week. Zelf verdwijn ik op tijd naar m’n kooi want ik voel me de bijna hele dag al wat gammel, achteraf waarschijnlijk veroorzaakt door te weinig drinken gedurende de dag.

Als we maandagochtend wakker worden dreigt er regen en is er geen wind. We nemen de handmarifoon dus mee naar de ontbijtsessie in het huisje, zodat we een eventueel uitstel en verdere acties van het wedstrijdcomité kunnen vernemen. Er steekt toch een licht briesje op, zodat we volgens planning om 10.40u starten op de lijn bij de Royal Yacht Squadron. Het wordt een baan van ruim 27 mijl op de West Solent en er staat inmiddels 10 tot 13 knopen wind uit het zuidwesten. Behalve mijn taken in de vallenbak en achter de navigatie computer is er nog een duidelijke rol en dat is die van doorgeefluik. Alle proviand en elk gewenst of overtollig kledingstuk wordt via mijn logistiek centrum gedistribueerd en dat is zeker met de wisselende weersomstandigheden van vandaag een drukke bezigheid. Wat de eerste drie dagen echter nog belangrijker is, is mijn rol als plaatsvervangende dieptemeter. De GPS-server heeft namelijk kuren en daardoor functioneert de echte dieptemeter vaak niet. In plaats van met een vaarboom op het voordek, tuur ik onderdeks op de elektronische kaart en tel actuele waterstand bij diepte op de kaart en probeer een mooie tussenweg te vinden tussen veilig varen en optimaal gebruik van ondieptes bij tij tegen. Regelmatig roep ik dus dingen als “over uiterlijk 0,14 mijl wil ik overstag”, zodat we met de volgende klap net het puntje van een plaat halen. Binnen is het ondertussen benauwd warm en hangt er een lichte diesel geur, zodat ik regelmatig even mijn kop uit het luik moet steken voor een dosis frisse lucht. Echt bruin zal ik deze week wel niet worden, concludeer ik, maar in de buien ook wat minder nat… Ik wil tacken vanwege ondiepte onder de wal, maar net als ik dat doorgeef, blijken we bij een voor anker liggende boot te zijn, waardoor we niet kunnen draaien. Ik krijg een kleine hartverzakking want mijn call was al aan de late kant en nu moeten we nog verder. Volgens de kaart is het op de plek van overstag gaan uiteindelijk ongeveer 90 centimeter diep met daarbij nog ongeveer een meter extra water. Dat is erg weinig voor 3 meter diepgang, maar het gaat goed. Ik neem me voor om de volgende keer iets eerder te gaan!

We hebben stroom tegen en de wind zakt verder weg. We willen dus zoveel mogelijk onder de wal blijven, op de ondiepe stukken, maar de dieptelijnen van 15, 10, 5 en 2 meter liggen hier wel heel dicht bij elkaar en dus wordt het zonder dieptemeter wat lastig. We worden inmiddels bijna terug gezet door het tij en we vechten om bij de volgende boei te komen. Door de ongunstige verhouding van stroom en wind liggen de slagen van ons kruisrak echter bijna parallel aan elkaar, hetgeen bij een van de bemanningsleden de vraag oproept hoe laat we ook alweer dat restaurant voor vanavond hadden gereserveerd, en of we niet even moeten bellen dat we later komen. Uiteindelijk weten we ons toch rond de boei te persen en gaat de gennaker er op en dan gaat het hard naar de volgende boei en is er ook tijd voor de lunch. We giipen met de gennaker, en ondanks dat dat voor een aantal bemanningsleden de eerste keer is, gaat dat goed en volgen er dus meer gijpmanoeuvres. In het volgende tegenstroomse kruisrak langs de kust krijg ik ongeveer vierkante ogen van het turen op de PC, maar als we de Solent oversteken naar de volgende boei zakt de wind verder weg en begint het te regenen. We liggen inmiddels bijna volledig geparkeerd, hetgeen een van onze Cowes Week debutanten doet verzuchten “en de Cowes Week was zo gaaf?!” We doen even later over de grond een rondje van 360 graden terwijl we maar een keer overstag gaan, zo veel worden we door de stroom terug gezet. We drijven nog even door en besluiten dan om te stoppen, mede omdat de finishlimiet toch lang niet haalbaar zal zijn. We starten om drie uur de motor en tuffen naar huis. Om een of andere reden hebben we niet eens ons standaard finishbiertje aan boord, dat valt pas echt tegen! Bij aankomst dus maar snel opruimen en een biertje in de tent, waarna we naast de dagelijkse boodschappen ook de opgestuurde nieuwe GPS-server installeren. De nieuwe ontvochtiger draait ondertussen overuren, en we vragen ons ’s ochtends bij het wakker worden af of we daardoor zo’n droge mond hebben of dat er wellicht nog een andere oorzaak is?

Als elke dag staat ook op dinsdag onze wekker aan boord om half zeven, zodat we na het douchen snel nog wat ontbijt en lunchboodschappen kunnen doen, op weg naar het huis, waar ook een gedeelte van de bemanning en de supporters slapen. Daar aangekomen blijkt het vuilnisdag te zijn en dus moeten de zakken op straat. We twijfelen of ze aan de overkant moeten, ze rijden hier immers links?! Aan de ontbijttafel zetten we net als iedere dag weer de productielijn op voor onze overheerlijke lunchpakketten want er moet natuurlijk goed gegeten worden! Het is inmiddels weer mooi weer, met een zonnetje maar helaas ook weinig wind. De verwachting is dat er later wel 5 tot 10 knopen wind uit zuid tot zuidwest komt en er is ook kans op buien. We varen om half tien uit naar de start bij de comitéboot op de East Solent, alwaar een uitstel gegeven wordt voor de start. Gelukkig constateren we onderweg dat de dieptemeter het na het vervangen van de GPS-server inderdaad weer goed doet.

De wedstrijdbaan voor vandaag komt als altijd per SMS door. Alle te gebruiken boeien (er is keuze uit circa 100 stuks) en de wijze van ronden staan zo netjes bij elkaar in een bericht. Hierdoor hoef ik niet te wachten met het uitwerken van de baan tot die over de marifoon wordt doorgegeven bij het 10 minuten signaal. Als de baan doorgegeven wordt, maak ik een compleet overzicht met de boeien, hun rondingen, de kleuren en bereken de koers en lengte van de rakken. Daarna wordt alles in de kaart ingetekend met daarbij ook een simpele versie in de stroom atlas. Vandaag mag ik dit twee keer doen, want als ik het hele zaakje bijna op orde heb, komt er een nieuw SMS-bericht binnen met een gewijzigde baan en kan ik dus van voor af aan beginnen.

Inmiddels is er 2 tot 5 knopen wind en soms iets meer, dus kan er om even voor twaalven gestart worden. In het tweede ruime rak zien we dat steeds meer boten voor ons moeite hebben om de boei te halen en hun spinnaker moeten strijken. Ook zien we dat veel schepen stil komen te liggen in een windwak bij de boei. Dat is dus een voordeel van wat verder achteraan varen. We pakken bijtijds onze hoogte en passeren hiermee een aantal deelnemers. Bij de boei kunnen we ook nog redelijk gang houden en passeren zo veel geparkeerde boten uit onze klasse. De wind is echter zo variabel in kracht en richting dat onze inhaalslag twee rakken later weer teniet wordt gedaan door lokaal gebrek aan wind en windshifts tot 90 graden. Dit is zeilen op de Solent: veel variatie in wind en stroom en dus veel te winnen maar ook te verliezen.

Later neemt de wind wat toe tot ruim 10 knopen en krijgen we weer wat meer gang. We kruisen dicht onder de kust en dat is met een dieptemeter toch een stuk relaxter dan zonder! We moeten in een kruisrak kiezen tussen een lange slag krap boven een plaat langs of korte slagen tussen twee andere ondieptes. We kiezen voor de eerste optie en gaan vlak boven de plaat langs. Volgens kaart en dieptemeter moet het kunnen, maar als kort voor / boven ons een andere deelnemer hard vastloopt, besluiten we veiligheidshalve toch maar een extra hoogte klapje te maken weg van de plaat. De vastloper heeft uiteindelijk hulp nodig en komt pas na meer dan een uur los. Daar zit je dus niet op te wachten!

Na de finish om kwart voor vijf doen we een biertje in de grote feesttent op Cowes Yachthaven en besluiten daar ook te blijven eten. Een flinke bak noodles, een lauw biertje voor de hoofdprijs en je ogen uitkijken naar de verschijning van de -niet zeilende- locals (het blijven Engelsen…), dit is echt Cowes Week! Om dit geheel compleet te maken, besluiten we de avond met een borrel en slappe praat in de kuip.

Woensdagochtend ziet er weer vriendelijk uit, met een zonnetje en weinig wind. Vannacht schijnt het verderop in Engeland flink noodweer te zijn geweest, maar dat is ons gelukkig bespaard gebleven, al is er in de loop van vandaag wel kans op een bui. Na het ontbijt maken we ons weer klaar voor een start bij de RYS, maar natuurlijk niet voor er weer van alles tussen trailer en boot heen en weer is gegaan en de flessen water vanwege de chloor smaak zijn aangevuld met limonadesiroop. Op deze manier is het tijdens de wedstrijd een stuk aangenamer drinken.

De eerste boei die we moeten ronden lijkt eerst erg dicht bij een groot schip te liggen, maar blijkt er later zelfs bij in de takels te hangen. De Engelse equivalent van Rijkswaterstaat heeft besloten tot een rondje onderhoud en is bezig de boei schoon te spuiten als wij dicht rond hun schip ronden. Er volgt daarna een puzzeltocht van circa 32 mijl over de East en Central Solent met 5 tot 12 knopen wind. Tijdens een van de gennaker rakken lijkt de regen echt door te komen en dus geef ik de pakken door aan dek. Met de regen neemt ook de wind toe tot een knoop of twintig en als de regen vertrokken is, is ook de wind weer weg. Zo kunnen we nog even oefenen op het snel wisselen van ons gennaker (220m2 – geschikt tot 10 knopen wind) en onze roze spinnaker (door zijn vlakke vorm goed geschikt voor reachrakken, ook met meer wind). Bij een van de gijpmanoeuvres maakt mastman Robbert-Jan een kleine schuiver waardoor zijn knie vast komt te zitten. Hij heeft dit voorjaar zijn bovenbeen gebroken net boven de knie en dus zijn dit soort momenten zeer pijnlijk. Hij wordt ondersteund door anderen naar de kuip gebracht alwaar zijn knie gekoeld wordt met een blikje bier. Ondertussen zien we een 250 meter lang containerschip dwars door het veld met tweemansboten varen, ook dit is Cowes! We finishen de wedstrijd pas tegen vijven op bijna twee uur na de eerste boot en constateren dat we gewoon een mooie, dure trainingsweek hebben. We doen een biertje aan boord en na wat douchesessies zetten we het borrelen door in Pier View, voor we gaan eten bij de Italiaan waar nog lang nagetafeld wordt.

Voor donderdag 12 augustus worden er buien verwacht met af en toe wat zon. De wind zal toenemen van 8 tot 13 knopen in de ochtend, via 13-18 knopen in het begin van de middag tot 18-23 knopen later in de middag. We mogen dus aan de bak. We doen eerst een aandewinds rondje boatspeed zonder grootzeil, alleen met genua en dat valt niet tegen. Als we na een algemene terugroep uiteindelijk om half twaalf bij de comitéboot starten, waait het al 15 tot 20 knopen en is het erg vlagerig. Omdat de wind redelijk dwars op de Solent staat, zijn het vandaag om te beginnen veel korte rakken, dus dat betekent extra hard werken. We hebben onder spinnaker tot twee keer toe wat pech met omliggende boten waardoor soms een kleine chaos heerst aan boord. Een keer bijvoorbeeld heeft een voorganger bij de onderboei zijn spi in het water waardoor wij geen ruimte hebben om rechtstreeks naar de boei te gaan en flink moeten uitwijken. Een rak later ontdekken we een kleine scheur in de spi en besluiten we hem snel te wisselen voor een ander. Als deze net staat moeten we uitwijken voor een toerzeiler, waarbij we uit het roer lopen en volledig plat gaan. Gelukkig blijft iedereen netjes aan boord en kunnen we zonder verdere schade onze race vervolgen, al giert de adrenaline even door het lichaam. De wind neemt nog toe tot 23 knopen en zakt dan weer in naar 15 tot 20 knopen als we het 7 mijls kruisrak naar een boei net buiten de Needles varen. Daar kan de spinnaker er weer op en in het zonnetje denderen we met een knoop of twaalf terug de Solent op. Vlak voor de finish doen we nog een snelle spi-wissel die sommige chaos van vandaag goed maakt en om half vijf zit ook deze race er op.

De zeilmaker (open van 16:00 tot “whenever”) kan aan de slag met onze spinnaker en genua en we beloven gekscherend morgen wederom wat handel te verzorgen. Het onderwaterschip wordt door Robbert-Jan en Bastiaan geïnspecteerd en aan dek worden enkele lieren uit elkaar gehaald en schoon gemaakt. Bij een biertje bespreken we deze mooie, soms hectische dag nog even na, ondertussen genietend van een optreden van de Red Arrows. Hierna is het tijd voor bier en noodles op het feestterrein.

Vrijdag is alweer onze laatste zeildag en als we ’s ochtends opstaan, merken we direct dat het frisser is en harder waait dan de andere dagen. De verwachting is 15 tot 20 knopen wind met uitschieters naar 25 knopen en soms meer in buien. Als we buiten het grootzeil hijsen en het onderlijk doorzetten ontstaat er onder in een scheur. Even lijkt de zeildag direct over te zijn, maar gelukkig kan er met een rif wel gevaren worden en met deze wind is dat nog niet zo heel gek. We starten voor een 26 mijls baan op de West Solent en komen lekker mee met de rest. De wind loopt met regelmaat op tot 25 knopen dus bij de boventon gaat de roze spi er op en stuiven we naar beneden. Na de hectiek van gister is het lekker om te zien dat alle manoeuvres soepel verlopen en dat de boot goed onder controle is, ook bij het gijpen. Later horen we dat diverse anderen daar meer moeite mee hadden, een aantal keer plat zijn gegaan en spinnakers verspeeld hebben. Bij de onderboei gaat het helaas niet helemaal soepel met het hijsen van de genua, die uiteindelijk klemvast komt te zitten. Er is geen op of neer meer aan en er ontstaat zelfs een scheurtje bij de feeder, en we besluiten de strijd te staken. In de haven blijkt de zeilmaker net voor ons z’n laatste klus aan te nemen, daarna is ie vol, maar als we hem er aan helpen herinneren dat we beloofd hadden terug te komen, mogen we grootzeil en genua toch achterlaten. Ondertussen lopen er in de haven diverse boten binnen met gebroken masten of andere serieuze schade. Wij maken schoon schip, trekken de trailer leeg en maken van Karel weer het toerschip waar ze eigenlijk voor ontworpen is. Schipper Chris en vriendin Marja gaan nog lekker twee weken toeren en de bemanning en de rest van het legioen vertrekken in het weekend naar huis, allen terugkijkend op een enerverende week, waarbij we stiekem misschien op iets meer hadden gerekend dan de uiteindelijke 22e plaats in de IRC-1…

top

terug

Laatste wijziging: 15 september 2004